Lezerspost: ervaringen en observaties

Een TwijfelMoeder-lezeres deelt haar ervaringen en observaties in een lange mail. Ik heb er zelf veel aan gehad. Daarom plaats ik ‘m – met haar toestemming uiteraard – ook in de rubriek Lezerspost.

1. Zekerweters vs. Twijfelaars
Ik heb een paar vriendinnen die echt geen kinderwens hebben. Nooit gehad, en ze krijgen hem ook niet meer. Verder is de verdeling zekerweters – twijfelaars in mijn brede kennissenkring denk ik ongeveer fifty-fifty. Jij bent toevallig nogal expliciet in je twijfels, anderen zijn dat misschien wat minder, maar het komt veel vaker voor dan je denkt. Om alle voor de hand liggende redenen: werk, geld, vrijheid, verandering, verantwoordelijkheid, noem ze maar op. Of er een taboe op twijfelen rust, is eigenlijk maar zijdelings van belang (zie ‘Buitenwereld’). Feit is dat er behoorlijk wat getwijfeld en getreuzeld wordt. Harde data heb ik niet, maar ik spreek er regelmatig mensen over.

2. Kinderwens
Tot mijn eenendertigste wilde ik geen kinderen. Dacht ik. Het stond mijn carrière in de weg, het paste niet in mijn leven, en ook niet bij de relatie die ik had. Dat beeld veranderde toen ik een aantal jaren minder gelukkig was in mijn werk, en me realiseerde dat er nog andere zaken zijn dan werken alleen. Noem het biologische klok, noem het een samenloop van omstandigheden, feit was dat ik er pas met begin dertig serieus over nadacht dat ik misschien toch wel een kind zou willen. Als ik er achteraf op terugkijk, moet ik eerlijk gezegd bekennen dat ik vanaf tweede helft twintig eigenlijk wel graag een gezin wilde, maar dat ik dat echt niet gecombineerd kreeg in mijn hoofd met werken en relatie. Ik heb me dat nooit zo sterk gerealiseerd, totdat ik een kind kreeg.

3. Carrière
Sinds ik begonnen was met werken (op mijn 23e) kwam ik voortdurend vrouwen tegen die werk en gezin prima konden combineren, ook in (bijna) fulltime banen met een redelijke dosis verantwoordelijkheid. Sommige van die vrouwen hadden vroeg kinderen gekregen, en andere laat. Alle topvrouwen die ik tegenkwam (o.a. MT-leden uit bedrijven waar ik werkte) hadden hun eerste kind rond hun dertigste gekregen. Ik begon me na verloop van tijd te realiseren dat werk en gezin best gecombineerd kunnen worden, zij het met enig kunst- en vliegwerk. Het belangrijkste is: blijven werken en investeren in opvang voor je kind. En wat ik zelf altijd in gedachten houd is het adagium van Facebook-COO Sheryl Sandberg: don’t leave before you leave. Ook al weet je dat je op korte termijn kinderen wilt, of heb je kleine kinderen thuis: gewoon aanpakken die job, klus, promotieplaats, opleidingsplaats, whatever. Ik heb met vrouwen samengewekt die op hun eerste werkdag bij een nieuwe baan moesten vertellen dat ze zwanger waren, en ik heb kennissen uit mijn studietijd die zichtbaar op een felbegeerde vaste baan solliciteerden waarvoor ze behoorlijke concurrentie hadden. Het lukte ze. En waarom: ze zijn open en eerlijk, zelfbewust en overtuigd van hun toegevoegde waarde voor de organisatie waar ze (gaan) werken. Of zoals een vriendin ooit sprak: ‘Tja, iedereen wil dat er weer meer kinderen komen in verband met het opvangen van de vergrijzing. En wij vrouwen moeten die kinderen toch echt krijgen.’ En bekijk het ook eens van de andere kant: een snuggere werkgever weet dat een man of vrouw met jonge kinderen niet snel geneigd is om naar een andere baan te gaan zoeken.

4. Buitenwereld
Toen ik met mijn eerste man getrouwd was, kwamen gelijk de opmerkingen en vragen over kinderen onze kant uit. Wij waren het er samen (toen nog) over eens dat we geen kinderen wilden. Het was inderdaad nogal vervelend om daar steeds antwoord op te moeten geven, maar wij zijn er beiden altijd eerlijk over geweest. De sociale druk om kinderen te maken is nu eenmaal enorm groot, maar dat is voor mensen die geen kinderen kunnen krijgen veel vervelender dan voor mensen die ze niet willen krijgen. Verreweg de meeste mensen vragen niet door als je eerlijk bent over het feit dat je geen kinderen wilt. Ze zullen het niet altijd begrijpen, maar dat is toch echt hun probleem. Mijn vriendinnen die geen kinderen willen hoeven zich daarvoor maar hoogst zelden te verantwoorden.

5. Aantal
Niemand is verplicht om kinderen te maken, maar ook niemand is verplicht om meer dan één kind te maken. Alle argumenten ten aanzien van zieligheid, verwendheid of asocialiteit van enige kinderen zijn mijns inziens niet meer helemaal valide in een wereld waarin baby’s vanaf 10 weken dagelijks tussen de andere kinderen zitten bij de kinderopvang.

6. Partner
Ik ben regelmatig vrouwen tegengekomen die aan kinderen begonnen omdat hun mannen ontzettend graag een gezin wilden. Zelf waren die vrouwen denk ik typische twijfelaars, in die zin dat ze er niet tegen waren, maar er ook niet om zaten te springen. Ik denk dat het belangrijk is dat vrouwen samen met hun partner hierover blijven communiceren, hetgeen jullie zelf ongetwijfeld echt prima doen. De idee dat alle vrouwen van kindsbeen af moeder willen worden is één van de grootste misvattingen ten aanzien van het samenleven van mensen. Mijn opspelende kinderwens betekende voor mij uiteindelijk {mede) het einde van mijn eerste huwelijk. Dat was niet leuk natuurlijk, maar het was helaas onafwendbaar. Mijn ex-man is nog steeds één van mijn beste vrienden overigens.

7. Leeftijd
Mijn opvatting hierover is over de jaren heen veranderd. Ik zou nu zeggen tegen ambitieuze vrouwen, zeker vrouwen die in de wetenschap of als medisch specialist verder willen: wacht niet te lang. Ik zou artsen in spe bijvoorbeeld aanraden hun eerste kind tijdens de co-schappen te krijgen en wetenschappers in de dop aanbevelen om tijdens hun promotie een kind te proberen te krijgen. Waarom? Timing is nooit goed (nee, ook niet als je 41 bent en een spijtoptant), je lichaam kan het steeds slechter aan, naarmate je ouder wordt en als je bijvoorbeeld met co-schappen of promotie-onderzoek bezig bent, is je tijdsindeling flexibeler dan wanneer je later in je loopbaan bent. Dit geldt voor een groot deel ook voor vrouwen die in het bedrijfsleven werken. Ga er vanuit dat je tot je zeventigste moet werken; als jij dan voor je dertigste de kinderen al op school hebt zitten, ben je op de langere termijn waarschijnlijk niet slechter af dan de dames die eerst voor hun carrière zijn gegaan en te elfder ure ook nog voor het ouderschap opteren.

8. Twijfel
Het is je ongetwijfeld al vaker gezegd, of je hebt het zelf al tig keer bedacht, maar jouw vraag gaat niet beantwoord worden door er langer over na te denken. Je kunt blijven twijfelen en dubben, artikeltjes lezen en interviews geven tot Sint Juttemis, uiteindelijk is het vrij simpel: ben jij bereid om het ouderschap aan te gaan, samen met je man, ook al weet je maar half wat de implicaties daarvan zijn (want alles gaat toch altijd anders dan je denkt)? En, daarnaast: lijkt het je wat, een kind krijgen en opvoeden, met al zijn leuke en minder leuke kanten? Als het antwoord op deze twee vragen ook maar in de buurt komt van ‘Eh, ja, uiteindelijk wel ja geloof ik’, dan zou ik vandaag nog de voorbehoedmiddelen de deur uit doen. Is het antwoord: ‘Nee, dat nooit!’, dan ben je daar ook weer uit.

Wat ik bedoel te zeggen met het bovenstaande, is dat ik geloof ik de benaming Twijfelmoeder niet helemaal accuraat vind. Je bent in mijn optiek een Twijfelvrouw, geen Twijfelmoeder. Als je een Twijfelmoeder bent (en misschien is dat ook wel zo), heb je eigenlijk je besluit al genomen (want je labelt jezelf al als moeder. Vrouwen zonder kinderwens zouden dit niet snel doen), maar stel je het tot actie overgaan om één of andere reden uit.

Ik wil niet belerend overkomen, ik wil je alleen maar vertellen over mijn ervaringen. Ik zit dit namelijk te schrijven met naast mij mijn lieflijk huilende dochter van zeven weken. Ik kan je verklappen dat ik, zelfs als bekeerling (en die zijn nochtans het fanatiekst!), echt niet de meest enthousiaste zwangere was, en dan was ik nog gezegend met een probleemloze zwangerschap, en raakte ik ook nog eens heel snel zwanger. Verder is de overgang naar het ouderschap een zeer pittig te noemen. Maar onderaan de streep ben ik heel erg blij dat ik de stap heb gezet (en dankbaar dat ik een gezond en leuk kind heb gekregen), want ik weet nu tenminste hoe het is om zwanger te zijn, een kind te baren (geen onverdeeld genoegen maar wel een bijzondere ervaring) en een kleine baby te hebben om voor te zorgen.

Ik houd in het algemeen niet zo van heel jonge kinderen, maar het meemaken van de ontwikkeling van zo’n wezen van heel dichtbij is zachtstgezegd fascinerend. En natuurlijk is er heel vaak geen fluit aan en denk ik regelmatig ‘Kan er iemand even een dagje komen invallen?’, maar dat is wel conform verwachting, moet ik zeggen. De meeste dingen in het leven zijn niet alleen maar leuk. Het enige wat ik momenteel wel eens denk, is: als ik in de omstandigheden was geweest, had ik het vijf jaar eerder moeten doen. Ik ben nu net vijfendertig, en dat kan nog prima, maar eind twintig was nog net wat handiger geweest vermoed ik. Maar laat ik daar niet over kniesoren, dingen gaan zoals ze gaan immers.

Ik wens je succes bij het knopen doorhakken. En onthoud: verkeerde keuzes bestaan niet. Wat je ook kiest, het is jouw beslissing.


Twijfel jij over je kinderwens?

Lees dan mijn boek De twijfelmoeder en praat mee in de besloten Facebook-groep Twijfel over kinderwens.

Twijfelmoeder steunen?

Twijfelmoeder ontvangt een kleine commissie als je koopt bij Bol.comWehkampAlbert HeijnCoolblue of Amazon (als Amazon-Partner verdien ik aan het kwalificeren van aankopen - geldt ook voor proefversie Amazon Prime Video en Video Channels). Twijfelmoeder ontvangt een kleine commissie.

 

februari 20, 2014 /